donderdag 17 mei 2012

Centraal Joods Overleg: teruggave en de verdeling van Joodse oorlogstegoeden

Nagenoeg vanaf de oprichting heeft het Centraal Joods Overleg zich ingespannen voor de teruggave en de verdeling van Joodse oorlogstegoeden. Deze werkzaamheden duren tot op heden voort.
Het Centraal Joods Overleg Externe Belangen werd in 1997 opgericht. In 1996 werd uitvoerig aandacht geschonken aan de noodzaak tot het samenwerken van joodse organisaties bij het beharyigen van joodse belangen naar buiten toe. Ingegaan werd onder andere op de geschiedenis van de wens van samenbundeling van krachten sinds 1945. In 1995 en 1996 zijn een aantal organisaties met elkaar in gesprek gegaan, met het doel een overlegorgaan op te richten en regels op te stellen zodat dit overleg goed zou functioneren.
Het overzicht van 1997 t/m 2010 is te vinden op de website cjo.nl.

woensdag 16 mei 2012

In 1995 wel

In een oud artikel lees ik dit:
INEENS KWAM in 1995 de roof van joodse bezittingen tijdens de Tweede Wereldoorlog weer in het brandpunt van de belangstelling te staan....
1995.
Dat is nogal een tijd geleden.
Is er in die tijd wat veranderd?
Of moeten we in 2012 ook weer aan de bel trekken?

Want na die hausse in blijkbaar 1995 is het alweer enige tijd heel erg stil.
Het Joods Wereldcongres kondigde aan ook in andere, al dan niet door de nazi's bezette landen schadeclaims tegen financiële instellingen in te dienen. In heel Europa begon een reeks van nieuwe onderzoeken. Ook in Nederland, waar bankiers en industriëlen vanouds hechte banden met Duitsland onderhielden.
In 2000 was dit ook een item in Buitenhof. Ook weer zo vreselijk lang geleden. Google zoekacties op roofkunst, bloedgeld, roofbank en al dat soort termen leveren dan ook weinig actuele hits op.
Terwijl, en dat weten we best, het nog lang niet allemaal erkend dan wel verder iets mee gedaan is.

'Als we doden herdenken, dan bewijzen we hun eer.'

'Stilstaan bij gesneuvelde Duitse soldaten? Dat kun je op 364 dagen per jaar doen. Maar op 4 mei is het ongepast,' aldus Rik Peels, post-doctoraal onderzoeker wijsbegeerte aan de Universiteit van Utrecht, in dagblad Trouw.

In zijn artikel schrijft hij over de discussie die is ontstaan over wie wij herdenken tijdens Nationale Dodenherdenking op 4 mei, waarover ik eerder al schreef in mijn retecoole blogpost.

Sommige mensen lijken het begrip "slachtoffer" te willen verbreden, anderen hebben daar veel moeite mee. De vraag is: Waar ligt de grens? Peels maakt duidelijk wat het herdenken van doden betekent:'Als we doden herdenken, dan bewijzen we hun eer'.

Waarom doden herdenken?
De vervolgvraag is: waarom willen we doden eer bewijzen? Daarvoor geeft hij twee belangrijke redenen:

1) Uit dankbaarheid
We kunnen een dode dankbaar zijn voor wat hij/zij gedaan heeft. Door te herdenken kunnen we een dode eren om het stichten van een stad, het verdedigen van het land, of het brengen van vrede en gerechtigheid.

2) Geschonden recht
Omdat in zijn sterven zijn eer is geschonden. We herdenken Joden en verzetsstrijders , omdat zij vermoord zijn en hun daarmee groot onrecht is aangedaan.

Als dit de functie van herdenken is, begrijpen we de huiver beter om Duitse soldaten te herdenken. Hun is immers geen onrecht aangedaan. Door hun op te sluiten, te vermoorden of een genocide op ongekend grote schaal mogelijk te maken. Dit staat dus los van Duitsers die goede echtgenoten, vaders en vrienden waren. Het gaat erom dat deze Duitse soldaten in hun dood geen onrecht is aangedaan. En daar gaat 4 mei nou juist over.



Door Duitse soldaten uitgerekend op 4 mei te herdenken schenden we de eer van de slachtoffers van wie de eer wel geschonden is:

We doen dan onrecht aan Joodse slachtoffers, verzetsstrijders, maar bijvoorbeeld ook aan Duitsers die zo moedig waren dienst in de Wehrmacht te weigeren en die de gevolgen daarvan ondervonden hebben. We moeten dan ook niet zeggen dat het nog "te vroeg" is om Duitse soldaten te herdenken. Het is niet te vroeg, het is ongepast.

De tragedie van de Duitse families die door de oorlog zijn beschadigd verdient het om herinnerd te worden. Maar niet op 4 mei.

dinsdag 15 mei 2012

Boekenlijst: Roof en Berooid

Van Gerard Aalders, medewerker van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie, verschenen twee interessante boeken.

Ten eerste: Roof , de ontvreemding van joods bezit tijdens de Tweede Wereldoorlog


Dit boek toont aan dat de beroving, die de nazi's stelselmatig probeerden te camoufleren, totaal is geweest. Aan bod komen vragen als: wie kocht de geroofde spullen?, waar bleven ze? En wat was de rol van de Nederlandse collaborateurs? Ook de roof van kunst, zowel joodse als niet-joodse, komt uitgebreid aan de orde.
De NBD|Biblion recensie
De afgelopen jaren is de kwestie van de roof van joodse bezittingen door de Duitsers in de oorlog in het brandpunt van de historische belangstelling komen te staan: onder meer de zaak Goudstikker, het 'joodse goud' op Zwitserse banken en de Liro-affaire z3n hiervan voorbeelden. Gerard Aalders publiceerde eerder over de economische rol van Zweden t3dens de oorlog. Dit boek - dat recentel3k opschudding veroorzaakte - gaat in op de grootste roof uit de wereldgeschiedenis: die door de Duitsers in de bezette gebieden van Europa tussen 1939 en 1945, speciaal in Nederland. De joden waren het belangr3kste slachtoffer van de Duitse plunderwoede: kunstschatten, goud, zilver, edelstenen, bibliotheken, archieven, effecten, alles werd in beslag genomen. De auteur beschr3ft zeer gedetailleerd hoe deze roof werd voorbereid en gepleegd. Enerz3ds grondig en systematisch, anderz3ds werd steeds gepoogd alle roof-acties een legale sch3n te geven. Dit boek is het eerste deel van drie. Het tweede zal gaan over het naoorlogse Rechtsherstel, het derde over de roof van het goud uit de kluizen van De Nederlandsche Bank. Een buitengewoon goed gedocumenteerd en tegel3k onthutsend boek.
(Biblion recensie, A.H.B. de Munnick.)


Ten tweede: Berooid, de beroofde joden en het Nederlandse restitutiebeleid sinds 1945

De beschrijving van dit boek:
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden de Nederlandse joden systematisch van al hun bezittingen beroofd. Na de oorlog was het de taak van de regering om zo veel mogelijk van die eigendommen te restitueren. Dit zogenaamde rechtsherstel werd al tijdens de oorlog door de regering-in-ballingschap voorbereid.
Berooid schetst de achtergronden, voorbereidingen en uitvoering van het rechtsherstel dat in 1945 begon en pas in 1971 zou eindigen. De auteur gaat diep in op de dubieuze rol die de effectenbeurs en de banken in dit proces hebben gespeeld. Verder komt uitgebreid de restitutie van kunst ter sprake en de schandalen die daarmee gepaard gingen. Tegenwoordig krijgen we nog regelmatig te maken met die erfenis : de Liro-affaire, de zaak Goudstikker, vluchtkapitaal en geheimzinnige goudschatten in Zwitserland.

NBD|Biblion recensie
Na het einde van de Tweede Wereldoorlog begon de wederopbouw. Een van de taken van de regering was het herstel in eigendomsrechten van de joden die tijdens de oorlog van vrijwel alles waren beroofd. Dit rechtsherstel werd al tijdens de oorlog door de regering in ballingschap voorbereid en zou pas in 1971 eindigen. Aalders schetst de achtergronden, voorbereidingen en uitvoering van het rechtsherstel en gaat in op de dubieuze rol die de effectenbeurs en de banken speelden. Het overheidsbeleid, dat weliswaar in de kern niet faalde, ging gepaard met enorme botheid ten opzichte van de zwaarst getroffenen. 'Berooid' is het tweede deel in een trilogie. Het eerste deel, 'Roof'*, over de ontvreemding van joods bezit tijdens de Tweede Wereldoorlog, baarde bij verschijnen in 1999 veel opzien. Het derde deel zal gaan over de roof en (gedeeltelijke) restitutie van het monetaire goud uit de kluizen van De Nederlandsche Bank. Gerard Aalders is wetenschappelijk medewerker bij het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie.
(Biblion recensie, Redactie)

woensdag 9 mei 2012

De retecoole reacties op de 4 mei klager


Duitse militairen herdenken. To do or not to do. Tun oder nicht tun? Dat was de afgelopen week de kwestie.

Iemand die sowieso tegen het herdenken van de Duitsers is, is advocaat en actievoerder Herman Loonstein. Ik lees vandaag op de website van de NOS dat hij rechtszaken wil aanspannen tegen organisatiecomités die op 4 mei Duitse militairen herdenken.

Om zijn zaak kracht bij te zetten heeft hij Federatief Joods Nederland opgericht. Daarmee voorkwam hij vorige week met een rechtszaak de herdenking van Duitse militairen in Vorden. Loonstein wil ook in gesprek met het herdenkingscomité in Schiermonnikoog, waar ze tijdens Dodenherdenking ook het Duitse volkslied spelen.

Grievend en misselijkmakend.
Loonstein vindt de herdenking van Duitsers "grievend en misselijkmakend". Daarom wil hij nu de programma's van alle Dodenherdenkingen in Nederland verzamelen. Als er aandacht wordt besteed aan Duitsers, wil hij in gesprek met het plaatselijke organisatiecomité. Mocht dat niet leiden tot het aanpassen van de herdenking, dan volgt een rechtszaak.

Wat nog veel grievender en misselijkmakender is zijn de recaties op het forum van Retecool. In plaats van een inhoudelijke discussie te voeren, wordt Loonstein alleen maar persoonlijk aangevallen. In een normaal debat een ongeoorloofde manier om je tegenstander onderuit te halen en vaak druipt het antisemitisme er gewoon vanaf. Enkele citaten.

'Soms zou je bepaalde figuren met terugwerkende kracht nog naar Auschwitz willen sturen.'

Of de zogenaamde nuance bij die opmerking:

'En met terugwerkende kracht naar Auschwitz gaat wat ver (...), maar wellicht is exporteren naar Israël een redelijke optie.'

Of:

'Laat die Joden hun persoonlijk onbehagen exploiteren op hun eigen grondgebied.
NIET IN MIJN LAND GODVERDOMME!'

Loonstein is volgens Retecool een 'moraalridder', maar wat is nou erger een moraalridder of mensen die andere mensen alleen maar publiekelijk de grond in boren?

67 jaar bevrijding. Nog niks wijzer. Grievend. Misselijkmakend. Joodse slachtoffers herdenken is nog steeds hard nodig. En dat is niet bepaald retecool.


maandag 7 mei 2012

Bloedgeld boek

In mei verschijnt het boek "Bloedgeld". Over tekstschrijver Wessel die van zijn werk houdt, maar meer nog van la dolce vita. Met zijn vriendin Sanne koopt hij een huis nabij Napels. Als de verbouwing klaar is, opdrachten uitblijven en het geld opraakt, gaat hij in op een lucratief aanbod van hun huurder Giorgio: twee Nederlandse zakenmannen begeleiden die naar Napels komen.

Bij bloedgeld denken mensen vaak aan moordpraktijken. Of aan de maffia, zoals bij dit boek. Maar bloedgeld van criminelen circuleert vaak in het legale geldcircuit. Door witwaspraktijken via geldwisselkantoren, aandelen en noem maar op. Misschien heb je zelf wel eens bloedgeld in je handen gehad bij het afrekenen van een pak bitterkoekjes.

vrijdag 4 mei 2012

Kopgeld is ook Bloedgeld


Het Bevrijdingsmuseum had ik de vraag (via Twitter) gesteld of het niet eens tijd is om als natie #bloedgeld toe te geven? En daarbij de link naar mijn blogpost Laten we eerlijk zijn: bloedgeld was overal.

Ze stuurden het antwoord (waarvoor dank): Belangrijke vraag. Recent sprak Ad van Liempt bij ons over de rol van de NL politie bij de Jodenjacht. En vervolgens nog een tweet: Ad van Liempt is uiteraard ook bekend van het boek Kopgeld over dit thema en sprak hier ook in het Bevrijdingsmuseum over.

Natuurlijk ken ik Ad van Liempt en zijn werk. Goed werk.

Maar dat doet niet iedereen. Want het gaat niet over heldenmoed van het verzet. Het gaat over fouten die gemaakt zijn. Grote fouten.
De beschrijving van het boek Kopgeld is als volgt:
Begin maart 1943, wanneer de jodendeportaties in Nederland enige stagnatie vertonen, besluit de Duitse bezetter het premiewapen in te zetten. Een groep van dertig, later vijftig, Nederlandse collaborateurs wordt vrijgesteld voor de betaalde jodenjacht. De leden van de Colonne Henneicke, zo genoemd naar de leider ervan, krijgen zeven gulden vijftig per ingeleverde jood.

Op deze manier hebben de Nederlandse jagers tussen de 8000 en 9000 slachtoffers opgespoord van wie de meesten via de Hollandsche Schouwburg en kamp Westerbork in de vernietigingskampen terecht kwamen.

Kopgeld van Ad van Liempt is een verbijsterend en adembenemend boek, vol onbekende feiten en huiveringwekkende details. Het schetst een beklemmende wereld: gewone Nederlandse mannen, maatschappelijk mislukt, bleken bereid uit zucht naar macht en welstand hun joodse landgenoten uit te leveren aan de Duitsers. Even nuchter als genadeloos reisden ze door het land en arresteerden mannen en vrouwen, en kinderen van twee, drie jaar oud.

De wellicht zwartste bladzijde uit onze geschiedenis wordt door Ad van Liempt tastbaar dichtbij gebracht.
Die wellicht zwartste bladzijde moet eigenlijk nog zwarter gekleurd worden. Want zoals ik via deze blog en met mijn onderzoek probeer duidelijk te maken is er veel meer aan de hand geweest.

De lezing in het Bevrijdingsmuseum over de rol van de Nederlandse politie bij de Jodenjacht heeft als beschrijving:
In de nacht van 9 op 10 november 1938 werd het dieptepunt bereikt van de vooroorlogse rassenhaat in Nazi-Duitsland. Wat volgde was de volkerenmoord tijdens de Tweede Wereldoorlog, waarbij de nazi’s het behalve op Joden, ook gemunt hadden op o.a. homosexuelen, zigeuners, geestelijk gehandicapten en politieke tegenstanders.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het opsporen en arresteren van ondergedoken Joden in Nederland voor een belangrijk deel het werk van de Nederlandse politie. Veel rechercheurs deden dit werk met grote overtuiging en volledige inzet, zo blijkt uit nieuw en baanbrekend historisch onderzoek.

Bestudering van de strafdossiers van meer dan 250 politieagenten die zich met het arresteren van Joden hebben beziggehouden, leidde tot uitgesproken schokkende resultaten. Binnen de Nederlandse politie bleken groepen actief die alle trekken hadden van een criminele organisatie. De betrokken agenten mishandelden, stalen, roofden, en verkrachtten. En bovenal: ze joegen vele duizenden Joden de kampen en de dood in. Sommigen bleken zulke fanatieke Jodenjagers dat het zelfs de Duitse bezetter te gortig werd. Van Liempt is niet bepaald genadig in zijn kwalificaties. Hij zal in zijn lezing ook ingaan op de specifieke situatie in Nijmegen. Deze stad telde in 1940 nog 544 Joden. Na de oorlog waren er nog 26 over. De meesten waren weggevoerd naar de vernietigingskampen.
We weten dat er dingen zijn gebeurt waar we niet trots mogen zijn. Om het maar even zwaar eufemistisch uit te drukken. Kopgeld hoort daar ook bij. Net als de betrokkenheid van de politie in de Jodenjacht. Donkerpaars schaamrood op de kaken, pek en veren en ga zo maar door. De waarheid moet boven tafel, want er is veel meer dat verstopt of eigenlijk weg gestopt wordt. En dat al veel te lang!

Foute keuze bleek een foute keuze


"Foute keuze" bleek een foute keuze. Het gedicht van de 15-jarige scholier Auke gaat over mensen die verkeerde keuzes maken. Hij vertelt over zijn oudoom, die bij de Waffen-SS zat en tegen de Russen vocht. Mensen dus zoals in de documentaire Zwarte Soldaten.

Auke was uitverkoren om zijn "foute keuze" ten gehore te brengen tijdens de herdenking op De Dam. Maar dit schoot in het verkeerde keelgat bij het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI). De adjunct-directeur: "Ik vind het erg moeilijk om te zien dat uitgerekend op 4 mei een hulde wordt gebracht aan iemand die bij de Waffen-SS heeft gezeten."

Dat het Nationaal Comité dat niet van tevoren had kunnen bedenken is mij een raadsel. Het comité benadrukt dat het nimmer de ambitie of de wens heeft gehad om de Nationale Herdenking te verbreden door ook daders te herdenken. Tijdens de Nationale Herdenking worden alle Nederlanders herdacht die slachtoffer zijn geworden van Duitse en Japanse oorlogsterreur.

Het comité betreurt het dat een integer gedicht van een jongere tot speelbal wordt in een discussie van volwassenen. Dat het gedicht niet voorgedragen wordt op de Dam doet niets af aan de waardering die het comité heeft voor het gedicht van Auke. Het comité betreurt de discussie en vindt het verdrietig dat de keuze van het comité om deze jongere aan het woord te laten op de Dam tot zoveel emoties heeft geleid. Derhalve heeft het comité besloten om het gedicht niet te laten voordragen. Charlotte Fontijne, winnares van de dichtwedstrijd Dichter bij 4 mei, zal haar gedicht wel ten gehore brengen.

Het gedicht gaat zo:

'Foute Keuze'

Mijn naam is Auke Siebe Dirk
Ik ben vernoemd naar mijn oudoom Dirk Siebe
Een jongen die een verkeerde keuze heeft gemaakt

Koos voor een verkeerd leger
Met verkeerde idealen
Vluchtte voor de armoede
Hoopte op een beter leven

Geen weg meer terug
Als een keuze is gemaakt
Alleen een weg vooruit
Die hij niet ontlopen kan

Vechtend tegen Russen
Angst om zelf dood te gaan
Denkend aan thuis
Waar Dirk z'n toekomst nog beginnen moet
Zijn moeder is verscheurd door de oorlog
Mama van elf kinderen, waarvan vier in het verzet zitten
En een vechtend aan het oostfront
Alle elf had ze even lief

Dirk Siebe kwam nooit meer thuis

Mijn naam is Auke Siebe Dirk
Ik ben vernoemd naar Dirk Siebe
Omdat ook Dirk Siebe niet vergeten mag worden.


Het was dus helemaal niet de bedoeling om de herdenking te verbreden naar daders, zegt het Comité. terwijl het gedicht misschien toch licht suggereert dat daders soms ook slachtoffers zijn die verkeerde keuzes maken. Maar dat is dus het beroerde van gedichten. Je kunt ze interpreteren en inkleuren zoals je zelf wilt. Iedereen leest woorden anders.

Een beter argument om het gedicht niet voor te dragen is het gegeven dat het misschien gewoon niet zo'n heel goed gedicht is.


donderdag 3 mei 2012

Laten we eerlijk zijn: bloedgeld was overal


Morgen is het 4 mei. De dag van de dodenherdenking. Vandaag is het 3 mei en blijkbaar de dag van de persvrijheid. Wat wil dat zeggen; persvrijheid? Dat we alles mogen schrijven en zeggen? Ergens vond ik deze tekst:
3 mei is de Werelddag van de persvrijheid, een dag om vermoorde journalisten te betreuren en onze solidariteit uit te drukken met journalisten die in de gevangenis verkommeren of op alle mogelijke manieren belemmerd worden in de uitvoering van hun werk.

Maar het is ook een goede gelegenheid om de doelstelling en verdiensten van de vrije pers te promoten en te benadrukken dat een vrije pers vrede en welvaart kan brengen in deze roerige wereld.
Het is blijkbaar ook een dag om te herdenken. Laten we dat niet doen, laten we vooruit kijken. Laten we streven naar persvrijheid wereldwijd. Te beginnen in eigen land.

Morgen is het een gebruik om twee minuten stil te staan en Nederlandse oorlogsslachtoffers te herdenken. Dat weten we en dat doen we. Vorige week is daar wat commotie over ontstaan. Wie herdenken we wel en wie niet.

Maar laat ik vandaag en morgen ook aangrijpen om dat herdenken en die persvrijheid als basis voor gerechtigheid te gebruiken. Want we kunnen dan wel blijven stilstaan, daarmee zijn nog niet alle wonden geheeld. Zeker als er tal van vragen blijven bestaan. Omdat ze eenvoudigweg nooit beantwoord zijn. Omdat ze weggemoffeld zijn. Zachte heelmeester en stinkende wonden, we kennen dat fenomeen onderhand. Laten we voor eens en al de wond openrijten en de waarheid vertellen.

Dan maar met de billen bloot. Die roofkunst was er, die roofbank heeft bestaan, roofpanden waren aan de orde van de dag. Bloedgeld was overal. Laten we dat toegeven, laten we oprecht excuses maken. Het is nu wel echt tijd om een boetekleed aan te trekken en ons niet langer te verschuilen achter leugens.

dinsdag 1 mei 2012

Occupy Den Haag Vandaag

Het begon flink te regenen vanochtend, maar daarna klaarde het weer mooi op. Occupy Den Haag. Vandaag.

May Day Occupy Wall Street

Het was even stil rond Occupy Wall Street sinds de beweging die de sociale ongelijkheid aanklaagt in december haar kampement moest opbreken in New York. Maar vandaag, 1 mei, is Occupy weer terug.

Op haar website occupywallst.org roept de beweging de wereld op om vandaag te staken. In de VS zijn tientallen betogingen aangekondigd. In New York zijn er stakingsposten gepland voor banken, media en openbare gebouwen.

‘s Middags vertrekt er een mars vanuit Manhattan. De Occupy-website spreekt ook van betogingen in Londen, Stockholm, België, Indonesië en Spanje.

Bron: welingelichte kringen